Vormvervaardiging diepdruk
Processen
Onder vormvervaardiging diepdruk wordt verstaan het etsen en graveren van diepdrukcilinders, die gebruikt worden in de illustratiediepdruk en de verpakkingsdruk. De huidige industriële diepdruktechniek is verwant met de ambachtelijke ets- en gravuretechnieken.
Het basisprincipe is gelijk gebleven: in de inktdrager (de drukcilinder) worden, hetzij chemisch (etsen), hetzij mechanisch (graveren), verdiepingen aangebracht die de beeldvormende elementen van de drukplaat zullen gaan uitmaken. Bij het eigenlijke drukproces zullen deze eerst met inkt gevuld worden, de overtollige inkt wordt met een raket verwijderd waarna de overblijvende inkt op het papier gedrukt zal worden. Een van de belangrijkste verschillen van de huidige industriële diepdruk met de ambachtelijke technieken. is dat het beeld niet als zodanig op de drukvorm wordt aangebracht, maar wel gerasterd wordt. In de drukcilinder worden talloze systematisch geordende putjes in de koperlaag gebeten (rasterdiepdruk). Deze putjes kunnen variëren zowel in grootte als in diepte. Beide factoren zullen de sterkte van de beeldweergave bij het eigenlijke drukproces gaan beïnvloeden.
Het beeld kan op twee manieren op de cilinder worden gebracht:
- mechanisch, door middel van graveren;
- galvanisch. door middel van etsen.
Het galvanische proces is geleidelijk aan quasi volledig vervangen door het mechanische proces. Voor de eigenlijke aanmaak en afwerking van de cilinders blijven wel nog steeds galvanische processen nodig.
Bij de galvanische beeldoverdracht wordt op het koperen oppervlak van de drukcilinder een lichtgevoelige gelatineuse laag (pigmentpapier) aangebracht. Waar deze laag belicht werd, is plaatselijk het grootste gedeelte van deze gelatinelaag weggespoeld. Op onbelichte plaatsen, wordt de drukplaat nog steeds bedekt met een dikke gelatinelaag. Op andere plaatsen is de gelatinelaag slechts gedeeltelijk weggespoeld. Wanneer nu de etsvloeistof (FeC13) wordt aangebracht, zal in de putjes waar geen gelatine meer is, het koper het eerst en het zwaarst aangetast worden. Op plaatsen met een fijnere laag gelatine, wordt het koper slechts na verloop van tijd en daardoor in mindere mate aangetast. De inktnapjes zijn hier minder diep.
Bij het mechanische proces worden de inktnapjes aangebracht door het graveren met een diamantkop op de koperen oppervlak van de diepdrukcilinder. Hierbij komen geen emissies vrij. Reeds sinds meerdere jaren wordt dit proces gestuurd, rechtstreeks op basis van de digitale beeldinformatie uit de prepress.
Na het graveren of etsen wordt de koperen cilinder galvanisch bedekt met een extra chroomlaagje (dikte enkele qm) om hem te harden en te beschermen tegen de stalen rakel. Hierdoor wordt het drukken in zeer grote oplagen mogelijk.
Bij een diepdrukcilinder, die bestaat uit een stalen kern. waarbij bovenop een fijn laagje nikkel-koper is aangebracht. wordt na het gebruik de chroomlaag van de cilinder chemisch verwijderd. De bovenste koperlaag van de stalen cilinder wordt volledig mechanisch (frezen) verwijderd zodat het oorspronkelijke beeld volledig verdwijnt. Na het frezen worden de cilinders opnieuw gepolijst. Indien na een aantal graveer-. frees- en polijstbewerkingen de overblijvende koperlaag te dun is geworden. dient rond de stalen kern galvanisch een nieuwe koperlaag aangebracht te worden.
Als voorbereiding voor de galvanische processen wordt een ontvettingsstap uitgevoerd met een alkalische oplossing met detergenten. Indien rechtstreeks op de stalen cilinder gewerkt wordt. moet ook opnieuw een dun laagje nikkel worden aangebracht (koper hecht niet rechtstreeks op staal). Daarna kan de cilinder opnieuw verkoperd worden. Na het verkoperen wordt het oppervlak op mechanische wijze gepolijst. Hierna kan de cilinder opnieuw gegraveerd worden.
Als alternatief voor het mechanisch frezen van de koperlaag kan telkens op de basiskoperlaag eerst een scheidingslaag (zilverlaag) aangebracht worden. waarop dan een tweede te graveren koperlaag wordt aangebracht.
Na het drukproces kunnen koperlaag en chroomlaag gemakkelijk van de cilinder worden verwijderd (afpellen).